maandag 29 november 2010

Leslie Nielsen : "I am serious. And don't call me Shirley."

De Canadese acteur Leslie Nielsen is op 84-jarige leeftijd overleden aan de gevolgen van een longonsteking. In 1956 maakte Nielsen zijn filmdebuut, een hoofdrol in de sciencefictionfilm Forbidden Planet die zou uitgroeien tot een kanjer van een cultklassieker. Daarnaast schitterde hij ook als de kapitein in The Poseidon Adventure (1972), naast talloze rolletjes in tv-series en (b-)films.

Zijn grote doorbraak kwam er pas op latere leeftijd. In 1980 werd hij namelijk voor het eerst gecast in een komische rol, als de dokter in de rampenfilm-parodie Airplane!. Deze lowbudget-film werd een enorme hit aan de bioscoopkassa's en vooral Nielsen met zijn deadpan-humor werd de verrassende ster van de cast. Kenmerkend is de uitspraak van zijn personage, in antwoord op de vraag "Surely you can't be serious?", "I am serious. And don't call me Shirley." Deze quote was zo populair dat ze uitgroeide tot een staande grap in de Engelse taal. Nielsen, die voorheen door het leven ging als een obscuur acteur van vaak zware dramatische rollen, vond met Airplane! pas zijn ware talent en werd vanaf toen zowat uitsluitend gecast in komedies. Daar zouden een aantal klassiekers in het genre bijzitten maar ook een aantal nogal flauwe pogingen.

Leslie Nielsen zal waarschijnlijk vooral herinnerd worden omwille van The Naked Gun (1988). In dit gigantisch wereldwijd kassucces schitterde hij in de hoofdrol van de klungelende rechercheur Frank Drebin, met onder andere O.J. Simpson, Priscilla Presley en wijlen Anna Nicole Smith in de bijrollen. Hij hernam die rol voor de al even populaire sequels The Naked Gun 2 1/2 (1992) en The Naked Gun 33 1/2 (1994). Nielsen bleef tot kort voor zijn dood actief als acteur. Hij speelde de laatste jaren onder andere nog de president in de Scary Movie reeks, en zal dan ook weldra postuum nog te zien zijn wanneer Scary Movie 5 verschijnt. Ook waren er concrete plannen om nog eens een vierde deel van The Naked Gun te maken (maar of dit met de dood van Nielsen nu nog zal doorgaan lijkt heel onzeker). In totaal acteerde Leslie Nielsen gedurende zijn lange carrière in een 250-tal films en televisieseries.

Hieronder brengt Nielsen in een scène uit Airplane! nog eens zijn beroemdste oneliner.



En hier nog een staaltje The Naked Gun:

zondag 28 november 2010

Samuel Cohen : De neutronenbom

Veel te veel schade. Dat dacht Samuel T. Cohen, lid van het Manhattan-project dat de atoombom ontwikkelde, na de ontploffingen van de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki (Over de schade aan mensenlevens zullen we maar zwijgen). Dat kan beter.
En zo dokterde hij in 1958 de neutronenbom uit. Die ERW (Enhanced Radiation Weapon) had als doel: zoveel mogelijk mensen naar de andere wereld helpen en tegelijktertijd zo weinig mogelijk schade veroorzaken. Een nobel concept, zo zal Cohen gedacht hebben.

Een neutronenbom heeft 'slechts' een tiende van de kracht van een 'normale' atoombom en gebruikt vooral de vrijgekomen neutronen als wapen. Er is nog wel de extreme ontploffing en de hitte van een gewone atoombom, maar de straling is zo hoog dat het aantal slachtoffers veel hoger ligt. De neutronen gaan immers door gebouwen en gepantserde voertuigen heen, waar de mensen die zich daarin verschuilen bij een atoombom nog ergens een kans op overleven hebben. Wat de urban legend dus ook moge beweren, er is wel degelijk schade bij de ontploffing van een neutronenbom, hoewel die wel minder is dan bij een normale nuke.

De eerste test was ondergronds, in 1963. De ontwikkeling ervan werd in 1978 stopgezet door toenmalig president Carter, die stormen van protest kreeg toen hij de neutronenbom in Europa wou plaatsen. Carters opvolger Reagan had minder scrupules. In 1981 liep de neutronenbom als zoete broodjes van de band. De laatste bom van dit type werd in 1996 ontmanteld.

Cohen bleef zijn uitvinding verdedigen. Tijdens de Vietnamoorlog wees hij op het gebruik van neutronenbommen om Amerikaanse levens te sparen.

Samuel T. Cohen werd 89. Hij overleed aan maagkanker.

zaterdag 27 november 2010

Irvin Kershner : The Empire Strikes Back

In 1980 benaderde George Lucas de toen nog relatief onbekende Irvin Kershner met de vraag of hij zijn nieuwste Star Wars-prent wou regisseren. The Empire Strikes Back zou het vervolg worden op Lucas' kaskraker A New Hope uit 1977. Kershner viel nogal uit de lucht met Lucas' verrassende keuze en vroeg hem nog waarom hij hem in Godsnaam had uitgekozen. "Well, because you know everything a Hollywood director is supposed to know, but you're not Hollywood," was het antwoord. Zo gezegd, zo gedaan: Kershner nam de job aan en regisseerde wat volgens kenners nog altijd de beste film van de reeks is.
Na zijn werk voor Luxas was Kershner binnen in Hollywood en kreeg hij de ene opdracht na de andere. In 1983 regisseerde hij de comeback van Sean Connery als James Bond in Never Say Never Again. In 1990 nam hij Robocop 2 onder handen.
Naast regisseur was hij ook even acteur in Scorcese's The Last Temptation of Christ (1988). Daarin speelde hij Zebedee, de vader van de apostelen Johannes (gespeeld door de onlangs ook schielijk overleden Michael Been) en Jacobus.
Irvin Kershner werd 87.

Hier de trailer van The Empire Strikes Back:





En die van Robocop 2:


dinsdag 23 november 2010

Ingrid Pitt : De diva van de Hammer-studio's


Tussen de jaren '50 en '70 ontstond er zoiets als 'Hammer Horror'. Slimgemaakte, low budget horrorfilms werden losgelaten op het toenmalige publiek en kregen al snel een ware cultstatus. Christopher Lee bijvoorbeeld maakte zijn naam door om de haverklap als Dracula te verschijnen in een Hammer-productie. En waar Dracula opgevoerd werd, was er ook de vrouwelijke versie van de slechterik. En die rol werd meestal vertolkt door Ingrid Pitt.
Pitt werd geboren in Polen als Ingoushka Petrov. Tijdens de Twede Wereldoorlog werd ze samen met haar familie opgesloten in een concentratiekamp. Ze overleefde het, verhuisde naar Berlijn en trouwde met een Amerikaanse GI. Ze verhuisde naar California, keerde even terug toen haar huwelijk op de klippen liep, maar al gauw was ze weer in Hollywood. Daar verdiende ze aanvankelijk geld als serveuse. Van nature uit een brunette, kleurde ze haar haar regelmatig blond.
Haar filmdebuut was in Doctor Zhivago (1965), waar ze een klein rolletje had. In 1968 mocht ze naast Clint Eastwood en Richard Burton verschijnen in Where Eagles Dare. Maar het was haar werk in de jaren '70, bij de Hammer Studios, waar ze beroemd werd. Het begon in 1970 met The House that dripped Blood, in datzelfde jaar nog gevolgd door The Vampire Lovers. En jaartje later had ze één van haar beroemdste rollen als Countess Dracula (1971), een horrorprent gebaseerd op de verhalen rond het leven van de Hongaars gravin Báthory, de 'Bloedgravin'. In The Wicker Man (1973) had ze weer een klein bijrolletje. In 1983 verscheen ze zelfs in de Bondfilm Octopussy. Andere notoire films waren Who dares, wins (1982), Wild Geese 2 (1985) en Hannah's War (1988).
Ze werd steevast gecast als de 'baddie' van de film en werd bijna altijd gruwelijk vermoord aan het einde van de film. In 1998 was ze nog de vertelstem op de CD Cruelty and the Beast van Craddle of Filth.
Ingrid Pitt werd 73.

De trailer van Countess Dracula kan je hier vinden, en die van The Vampire Lovers volgt hieronder:


zondag 21 november 2010

Guillaume van der Graft : Romp de ligman

SCHRIJVENDERWIJS

Schrijvenderwijs was ik ingeslapen,
schrijvenderwijs werd ik wakker bij nacht
omdat er woorden stonden te blaten
onder het open raam waar ik lag.

Wie had hen daar bijeengedreven,
was het de honger of was het de wind?
Ze stonden in een beginnende regen
doodstil te kleumen op het grind.

Toen heb ik ze mee naar boven genomen,
de grote ruit van de spiegel besloeg.
Ik had voordien nooit geweten hoe men
woorden halfslapend naar boven droeg.

Maar 's morgens vroeg toen ik ontwaakte
waren ze weg en de deur stond los.
De zon scheen hoog en droog, er zaten
vogels te lachen in het bos.

(uit Guillaume van der Graft,
Vogels en Vissen, 1953)


De Nederlandse dichter Guillaume van der Graft is op 90-jarige leeftijd overleden. Guillaume van der Graft was de schrijversnaam van Willem Barnard, een predikant van de Gereformeerde Kerk. Van der Graft debuteerde als dichter na de oorlog (die hij in Berlijn doorbracht in het kader van de Arbeitseinsatz omdat hij had geweigerd de loyaliteitsverklaring te ondertekenen) met de bundel In Exilio (1946).

Zijn grote doorbraak kwam er in 1953 met zijn bundel Vogels en Vissen. Van der Graft nam -evenals bijvoorbeeld Leo Vroman en Hans Lodeizen- een dubbelzinnige positie in in het toenmalige literaire landschap, tussen de traditie en de literaire vernieuwing van de Vijftigers in. Levensbeschouwelijk staat hij met zijn christelijke inspiratie mijlenver van het nihilisme van Lucebert en consorten. Van der Graft zag het als de profetische taak van het dichten om de bedreigingen van het menszijn te bezweren. Waar hij wel aansluiting vindt bij het experiment is in de autonomie van de taal. Zijn beroemde gedicht Romp de ligman hieronder is een mooi voorbeeld van de vernieuwende poëtische beeldentaal waarvan hij gebruik maakt. De taal bestaat niet enkel meer uit een een aaneensluiting van verwijzende tekens, de aandacht verschuift naar de verschijningsvorm zelf.

Onder zijn eigen naam Willem Barnard genoot hij ook aanzienlijke bekendheid als één van de voornaamste dichters van het Liedboek voor de Kerken (1973), tegenwoordig het meest gebruikte liedboek van de protestantse kerken in Nederland waarin de psalmen na meer dan 200 jaar eens een nieuwe berijming kregen. Hij was ook de vader van auteur Benno Barnard.

Guillaume van der Graft publiceerde in totaal meer dan 25 dichtbundels doorheen zijn carrière. Als toemaatje hieronder één van zijn meest vermaarde gedichten.

ROMP DE LIGMAN

Het huis is opgegroeid in 't gras
en Romp de ligman woont erin
met zijn huisdieren

en dat is niet Blaat het afwachtschaap
of Aalmoes de aaipoes of
het spiegelhondje Ego

maar dat is Ha
de tamme kijkvos van mijn ogen
en Schuw de wurgkip van mijn keel
en dat is Ook
de lange vogel in de luisterwei
en het handrattenpaar met hun tien jongen

maar het intiemste huisdier
is Wim de witte denkworm in het hout
wanneer tenminste niet
het angstinsect zijn sprieten scherpt
naamloos op 't middenrif.

(uit Guillaume van der Graft,
Vogels en Vissen, 1953)

donderdag 18 november 2010

Samuel Kunz : Op wacht in Belzec


Het gebeurt niet elke dag dat je beticht wordt van medeplichtigheid in de moord op 430.000 mensen, maar het overkwam Samuel Kunz. De Rus zat eerst bij het Rode Leger, maar in de eerste oorlogsmaanden van Operatie Barbarossa, toen de Duitse oorlogsmachine honderdduizenden krijgsgevangenen maakte en hele Sovjetlegers de pan inhakte, werd hij gevangengenomen. Hij kreeg de keuze: ofwel in het krijgsgevangenenkamp blijven, of dienst nemen bij de Nazi's als bewaker. Aangezien de Russen bij bosjes stierven in Duitse krijgsgevangenschap - een slordige 2 miljoen in het begin alleen al - koos Kunz wijselijk (?) voor een carrière bij de SS.

Hij kreeg een training met 5.000 andere gevangenen in het SS-kamp Trawniki. Daar zat ook John Demjanjuk een opleiding te volgen. Na zijn training mocht Kunz het geleerde in de praktijk omzetten in het vernietigingskamp Belzec. Daar was hij mee verantwoordelijk voor de "verwerking" van nieuw gearriveerden. Concreet hield dit in dat Kunz ze van de treinen naar de gaskamers jaagde. Daar werden de vrouwen eerst kaal geschoren, om ze vervolgens en masse in de kamers te proppen. Na hun vergassing hielp Kunz om de lijken in massagraven te smijten.

In Belzec zou hij minstens 10 personen eigenhandig vermoord hebben. Acht gewonden maakte hij af, de andere twee probeerden te vluchten en werden door Kunz neergeknald. Eind 1943 werd Belzec opgedoekt en ging Kunz werken in het Beierse concentratiekamp Flossenburg. Daar werd hij aan het einde van de oorlog opgepakt, maar later weer vrijgelaten.


Na de oorlog kreeg hij de Duitse nationaliteit en verhuisde hij naar Bonn. Daar leefde hij rustig verder, eerst als ambtenaar, dan als timmerman in het Ministerie van Bouw. Hij werd wel opgeroepen als getuige in verband met alles wat er in Belzec en Trawniki gebeurd was - in 1969, 1975 en 1980 - maar zelf werd hij nooit verdacht. In die tijd hadden de aanklagers geen oog voor "kleine garnalen" zoals Kunz. Dat veranderde pas in juli 2010, toen zijn naam bijna per ongeluk boven kwam drijven in het onderzoek van John Demjanjuk. Al snel werd hij aangeklaagd.

Het proces was voorzien voor begin volgend jaar, maar Kunz ontsprong de dans door te sterven.

Samuel Kunz werd 89.

zaterdag 13 november 2010

Richard Van Genechten : de Brusselse berggeit

De Belgische wielrenner Richard Van Genechten is op 80-jarige leeftijd overleden in zijn slaap. Deze Brusselse ket werd profrenner in 1953. Hij was voornamelijk een zeer getalenteerd klimmer. In 1955 maakte hij tijdens zijn derde deelname aan de Tour de France zwaar furore door mee te dingen naar de trui van beste klimmer, met onder andere een legendarische prestatie in de etappe naar de Mont Ventoux. De bergtrui genoot in die tijd nog bijzonder veel aanzien en de Anthony Charteaus van deze wereld waren dan ook compleet kansloos om die te winnen. Van Genechten werd uiteindelijk derde in het bergklassement na twee van de meest gevleugelde berggeiten uit de koersgeschiedenis, Federico Bahamontes en Louison Bobet. Van Genechten kon ook goed uit de voeten in de ééndagswedstrijden. Zo reed hij in 1956 een vreselijk sterk klassiek voorjaar met 2de plaatsen in Gent-Wevelgem en Luik-Bastenaken-Luik, en de zegebloemen in de Waalse Pijl. Die laatste bleef zijn belangrijkste overwinning, naast ook de Ronde van Catalonië (1958) die hij als eerste Belg wist te winnen. In 1961 hing Richard Van Genechten zijn fiets aan de wilgen.

donderdag 11 november 2010

Dino De Laurentiis: de puntjes op de ii


Dino De Laurentiis (wat de spellchecker ook beweren mag: met dubbel-i) is niet meer. De in 1919 geboren Italiaanse filmproducer is verantwoordelijk voor een hele rits prenten, waarvan u er waarschijnlijk meer gezien heeft, dan u zelf vermoedt: van knuddige fantasy-slasher Conan the Barbarian uit 1982 tot prestigieuze A-lijst thriller Hannibal van Ridley Scott uit 2001... in het lijstje van de bijna 150 films waarvoor hij als producer tekende, kunt u er vast een heleboel aankruisen.
En als u dat lijstje doorneemt, merkt u dat De Laurentiis het graag groots aanpakte en niet vies was het bizarre. Barbarella (1968), Flash Gordon (1980), Dune (1984) of Blue Velvet (1986): stuk voor stuk films met epische ambities, gigantische sets en karikaturistische, vaak ronduit weirde personages.

Dino De Laurentiis werd 91.

Het is moeilijk om uit de gigantische bibliotheek De Laurentiis-materiaal, dat op YouTube beschikbaar is, een keuze te maken, dus laten we ons leiden door persoonlijke voorkeur. Geniet van een streepje Flash Gordon:

dinsdag 9 november 2010

Harry Mulisch : 'Nu ben ik in de hemel'


'Nu ben ik in de hemel.' Zo reageerde Harry Mulisch in 2006 op het bericht dat er een planetoïde naar hem vernoemd was - de 10251 Mulisch. Hij voelde zich gevleid, omdat hemellichamen, in tegenstelling tot Nobelprijswinnaars, nooit vergeten worden. Het zou niet de laatste straffe uitspraak zijn van Mulisch en het bezorgde hem in ieder geval geen extra fans. Maar hoe je het ook bekijkt, om Mulisch kan je nu eenmaal niet heen. Alleen al het feit dat hij de meest vertaalde schrijver uit de Nederlandstalige literatuur is, spreekt boekdelen. Naast Chinees, Duits, Engels en Frans kan je hem ook lezen in het Afrikaans, Ijslands, Esperanto en het Albanees - niet onmiddellijk voor de hand liggende talen. Zijn belangrijkste werk, De ontdekking van de hemel, werd in 2007 nog verkozen tot het beste Nederlandstalige boek aller tijden. In 2001 was het boek al verfilmd door Jeroen Krabbé als The discovery of heaven.

"Ik heb de oorlog niet zozeer 'meegemaakt', ik ben de Tweede Wereldoorlog." Weer een staaltje van bescheidenheid (we verwachten ook niet anders), maar er zat wel een kern van waarheid in. Zijn grootmoeder en overgrootmoeder van moederskant kwamen in concentratiekampen terecht, zijn moeder was een joodse en zijn vader was een collaborateur. Niet echt een alledaagse situatie, die zijn sporen naliet op zijn oeuvre.

Hoewel hij ook toneelstukken en poëzie schreef, werd hij vooral bekend door zijn romans. Zijn bekendste werken waren Twee Vrouwen, De Aanslag, De ontdekking van de hemel en zijn laatste roman Siegfried. Altijd kwam ergens wel de Tweede Wereldoorlog terug.

Vanaf de jaren '70 werd hij bij het triumviraat van de 'Grote Drie' gerekend: samen met Willem Frederik Hermans en Gerard Reve werd hij zo één van de drie belangrijkste naoorlogse Nederlandse schrijvers. Na het overlijden van Hermans en Reve grapte Mulisch - typisch - wel eens dat hij nu de 'Grote Eén' geworden was.

Je bent er misschien geen fan van, maar (sommigen gaan het niet graag horen) ergens had hij wel gelijk toen hij zei: 'Ik ben een groot schrijver, daar helpt geen moedertjelief aan.' Past overigens perfect bij een andere uitspraak van hem: 'Ofschoon ik een grondige hekel heb aan zelfingenomenheid, ontveins ik mij niet, dat ik vaak zeer onder de indruk was als ik aan mijzelf dacht. Iemand als ik kwam niet alle dagen voor, om het zacht uit te drukken. Als ik aan andere mensen dacht, moest ik wel eens lachen.'

Misschien lachen er nu een paar mensen dat hij het hoekje om is. Op 7 september 2009 waren er al een paar die in vreugdetranen uitbarsten toen het bericht kwam dat hij overleden was. Het bleek niet waar te zijn, maar nu zit hij dan misschien toch wel in 'zijn' hemel. Een hemel delen met God lijkt me wat moeilijk voor hem - twee betweters op dezelfde plek is nog nooit echt een goeie combinatie geweest.

Harry Kurt Victor Mulisch overleed tenslotte aan kanker op 30 oktober. Hij was 83.

maandag 8 november 2010

Emilio Massera : Commandant Nul

In 1976 vond het Argentijnse leger dat het wel genoeg geweest was. Een militaire junta zette president Isabel Martínez de Perón af en regeerde het land de volgende zeven jaar via het Nationale Proces van Reorganisatie. Nominaal hoofd was generaal Jorge Videla, maar die werd uiteraard bijgestaan door nog wat foute vriendjes. Eén daarvan was generaal Emilio Eduardo Massera, bijgenaamd 'Commandant Nul'.

Massera was degene die er niet voor terugschrok om met de grove borstel door de Argentijnse samenleving te gaan, om alle 'terroristische' elementen weg te zuiveren. Hij stond aan het hoofd van de ESMA, een opleidingscentrum van de Argentijnse marine, waarvan hij de opperbevelhebber was. Daar werden er vanaf dag 1 van de coup mensen vastgehouden en gemarteld. Van de 5.000 gevangenen die ooit in ESMA zaten, waren er maar honderd die het konden navertellen in 1983, toen de dictatuur ten einde kwam. De overige 4.900 werden meestal voor het vuurpeleton gezet. De mooie term hiervoor was een 'transfer', alsof het om een doorsnee verplaatsing naar een andere gevangenis ging. De transfer was naar de kelders van het gebouw, waar ze neergeknald werden, waarna hun lichamen op het nabijgelegen sportveld gecremeerd werden. Een andere methode was hen in een vliegtuig stoppen dat hen boven de Rio de la Plata liet vallen, een zogenaamde 'doodsvlucht'. Massera was ook persoonlijk aanwezig bij de eerste 'ondervragingen'.

Na de dictatuur werd hij in 1985 veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf. In 1990 kreeg hij gratie van president Carlos Menem, maar in 1998 werd hij weer voor het gerecht gesleept, ditmaal omwille van zijn aandeel bij het weghalen van baby's bij tegenstanders van het regime.

Spijt toonde hij nooit. De martelpraktijken deed hij af door te zeggen dat je een 'terrorist' niet op dezelfde manier vragen kan stellen als een kind. In Spanje, Frankrijk, Duitsland en Italië werd zijn zaak ook onderzocht, omdat hij een paar burgers van die landen om zeep had geholpen. In 2003 hielp Moeder Natuur hem een handje door hem een hersenbloeding te bezorgen. De rest van zijn jaren bracht de generaal door als een kasplant. In 2007 werd afgezien van vervolging, omdat hij niet meer in staat was om een proces te ondergaan.

Emilio Massera werd 85.

zaterdag 6 november 2010

Michael Seifert : Het Beest van Bolzano

Toen de Duitsers in juni 1941 de Sovjetunie binnenvielen, was Michael 'Mischa' Seifert een eenvoudige machinewerker in een fabriek in de buurt van Odessa. Het 'meesterras' liet al snel zijn ogen vallen op Seifert: hij was immers een 'Volksduitser', een afstammeling van Duitse inwijkelingen in Rusland die zich daar in de 19e eeuw gevestigd hadden. En, wat waarschijnlijk de doorslag gaf, hij sprak ook nog eens Russisch en had een gloeiende hekel aan de Sovjetunie. Dat laatste was niet zo moeilijk, aangezien de familie verdacht werd van Nazisympathieën, waardoor zijn vader zijn job was kwijtgeraakt.
Seifert mocht aan de slag als bewaker. Daar mocht hij getuige spelen bij 'verhoren' - een mooi Nazi-eufemisme om iemand compleet verrot te slagen en te mishandelen om toch maar ergens informatie te krijgen, of gewoon voor het plezier. Naar eigen zeggen stond Seifert er toen nog gewoon bij en keek hij alleen maar.
Toen de Sovjetpletwals de Duitsers almaar terugdreef uit Moedertje Rusland, werd Seifert overgeplaatst naar Noord-Italië. Daar ging het volledig fout met de Volksduitser. Hij kwam in het doorgangskamp Fossoli terecht. Daar werden alle 'ongewensten' doorgesluisd naar de moordfabrieken in onder meer Auschwitz, Mauthausen en Dachau. Tot ze op de trein gezet werden, moesten ze dwangarbeid verrichten onder het oog van Seifert. Die profiteerde ervan om een vrouw te verkrachten, waarvoor hij zowaar door de Duitsers voor een militaire rechtbank gesleept werd. Hij werd weer verplaatst, ditmaal naar Bolzano, het kamp dat de functie van Fossoli had overgenomen.
Daar kreeg hij zijn bijnaam 'het Beest van Bolzano'. Hij moordde er lustig op los: een zwangere vrouw werd verkracht en dan vermoord, een andere gevangene hongerde hij uit en nog één haalde hij letterlijk de ogen uit diens hoofd.
Na de oorlog dook Seifert onder in Duitsland en in 1951 slaagde hij erin om naar Canada te emigreren. Daar leefde hij rustig verder, tot hij in 2002 zelf opgepakt werd. Hij werd veroordeeld tot levenslang en in 2008 uitgeleverd aan Italië en vastgezet in de militaire gevangenis van Santa Maria Capua Vetere. Daar overleed het Beest van Bolzano, 86 jaar oud, toen hij viel en overleed aan de gevolgen van zijn verwondingen.

vrijdag 5 november 2010

Hajo Hermann : van de Luftwaffe naar het advocatenkantoor

Hans-Joachim Hermann ('Hajo' voor de vrienden) was één van de invloedrijkste leden van de Duitse luchtmacht tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij begon zijn militaire carrière als infanterist, maar in 1935 ging hij bij de kersverse luchtmacht van het Nazi-rijk, de Luftwaffe. Hij verdiende zijn sporen bij het Condor-Legioen in de Spaanse Burgeroorlog (dat onder meer Guernica platbombardeerde en zo Picasso nog inspireerde). Toen de Tweede Wereldoorlog begon, zat hij in Polen en Noorwegen rond te vliegen. Tegen 1940 had hij zijn eigen squadron en was hij op Britten aan het schieten in de Slag om Engeland. In 1941 zat hij in Sicilië, Malta en Griekenland te vechten. Daarna werd hij bij de Duitse Generale Staf ingedeeld en werd hij goede vriendjes met Hermann Göring.
Daar ontpopte hij zich als een tactisch genie: hij was verantwoordelijk voor het merendeel van de innovaties van de Luftwaffe tijdens de oorlog, zoals speciale nachtvluchten gericht tegen de Geallieerde bombardementen. Dat laatste had als codenaam Wilde Sau - Wild Everzwijn.

Tegen het einde van de oorlog was hij één van de meest gedecoreerde soldaten van de Luftwaffe. Hij werd na de oorlog gevangengezet door de Russen en zou pas tien jaar later weer vrijkomen, in 1955.

Eenmaal terug in het vaderland, studeerde hij rechten (een logische stap, van Nazi naar advocaat). In zijn daaropvolgende advocatencarrière maakte hij al snel naam door oud-Nazi's, neo-Nazi's, Holocaustontkenners en andere beruchte extreem-rechtsen te verdedigen. Hij dook regelmatig op op tv, waar hij steevast de Holocaust ontkende en Groot-Brittannië ervan beschuldigde dat ze de oorlog hadden uitgelokt. 'Hajo' werd zo de meest omstreden advocaat van Duitsland. Beroemde klanten waren onder meer Otto Ernst Remer (een collega van de Wehrmacht die het complot tegen Hitler in 1944 had verhinderd en later ook Holocaustontkenner werd), David Irving (de beroemdste naoorlogse antisemiet en Holocaustontkenner) en Fred A. Leuchtner (een zelfverklaard expert op gebied van gaskamers die ook al de Holocaust ontkent).

Hajo Hermann werd 97.

donderdag 4 november 2010

Ivan Mertens : Vlaanderen Vlagt

De Vlaamse activist Ivan Mertens is op 75-jarige leeftijd overleden. Mertens, zijn leven lang een overtuigd flamingant, ging zich vooral na zijn pensioen inzetten voor de Vlaamse zaak. In 1998 werd hij voorzitter van de Vlaamse Volksbeweging. Dat bleef hij totdat hij in 2000 ontslag nam. Mertens vond dat de VVB zich teveel toelegde op het overtuigen van de reeds overtuigden en zocht een andere manier om mensen te bereiken en het flamingantisme aan te wakkeren. Daartoe stichtte hij in 2001 Vlaanderen Vlagt (Vl²). Deze vereniging van vrijwilligers, waarvan Mertens tot kort voor zijn dood de grote organisator en bezieler bleef, trekt naar allerlei sportmanifestaties, culturele evenementen, heiligverklaringen etcetera overal in Vlaanderen om er te gaan vlaggen met een grote hoeveelheid Vlaamse Leeuwen, dit naar analogie met wat bijvoorbeeld de Friezen en de Basken al jarenlang deden. Ze delen ook gratis kleine vlaggetjes en petjes uit en verkopen grote vlaggen en wielertruitjes. Al gauw trokken Mertens en co ook volop naar het buitenland. Na zijn overwinning op La Mongie waar hij de basis voor zijn zege in de Tour de France 2002 legde, gaf Lance Armstrong op deze berg een beroemd geworden persconferentie omgeven door een zee van leeuwenvlaggen. (Armstrong verklaarde trouwens ooit dat er maar twee vlaggen belangrijk zijn in de wereld: die van Texas en de Vlaamse Leeuw.)

Er kwam echter ook veel kritiek op Vlaanderen Vlagt. Zo belemmerden de vele dansende vlaggen vaak het zicht van toeschouwers ter plekke en op tv. In 2003 brak veldrijder Ben Berden zijn neus toen hij een vlaggenstok in zijn gezicht kreeg. Het meest beruchte incident kwam er in Parijs-Roubaix 2004. Leif Hoste was nog maar net gedemarreerd uit de groep der favorieten toen een Vlaamse Leeuw, die een zatte Vl²-vrijwilliger over de grond had laten slepen, tussen zijn spaken belandde en tegen dat hij het ding uit zijn wiel kreeg, had hij al lang de aansluiting en de koers verloren.

Ivan Mertens stoorde er zich aan dat het Vlaams-nationalisme en de Vlaamse vlag soms geassocieerd werden met uiterst rechts. Hij distantieerde zich dan ook uitdrukkelijk van het Vlaams Blok en ging er prat op om tijdens zijn manifestaties vooral veel allochtonen oftewel "nieuwe Vlamingen" aan te klampen, die volgens hem in groten getale warm liepen voor de Vlaamse Leeuw. Mertens zag het als zijn missionariswerk om de Vlamingen wat chauvinisme bij te brengen en de wereld Vlaanderen beter te leren kennen. Zijn einddoel bleef uiteraard de Vlaamse onafhankelijkheid (en liefst ook de hereniging van de Nederlanden). Hierover deed hij in een interview de nogal gezwollen uitspraak: "Maar het is fantastisch: je volk naar zijn vrijheid brengen." In de loop van de voorbije tien jaar verkocht Ivan Mertens meer dan 100.000 leeuwenvlaggen en deelde hij enkele honderdduizenden zwaaivlaggetjes uit.

Hieronder het meest onfrisse moment uit de geschiedenis van Vlaanderen Vlagt, de vlag die op het meest cruciale moment in het achterwiel van Leif Hoste komt te zitten in Parijs-Roubaix 2004 (vanaf 1:50):

maandag 1 november 2010

Charlie O'Donnell : Wheel of Fortune

In 1976 liet de BRT Rad der Fortuinen los op de nietsvermoedende televisiekijker. Het is nog geen Pak de poen-show (God zij dank, of helaas?), maar qua hilariteit kon en kan het soms nog tellen.

De idee erachter was simpel: draai aan een gigantisch rad, noem een klinker of medeklinker en ontdek zo het verborgen woord of het gezegde. Mike Verdreng presenteerde en werd bijgestaan door een bevallige assistente. Later nam Walter Capiau het over van Mike. In 1989 nam de kersverse commerciële zender VTM het concept over als Rad van Fortuin, met Luc Appermont en later Bart Kaël als presentator.

Het hele gedoe was overgewaaid uit de Verenigde Staten (uiteraard). Daar heette het oorspronkelijk Wheel of Fortune. En de aankondiger van dienst aldaar, Charlie O'Donnell is overleden. Van 1975 tot 1980 hoorde je zijn stem toen het spel begon. Van '80 tot '88 werd hij even vervangen door Jack Clark, maar toen die in '88 door Magere Hein werd opgehaald, werd O'Donnell weer de Stem van het Wheel of Fortune. Hij bleef dat ook tot zijn dood. Naast Wheel of Fortune kon je hem ook nog professioneel horen aankondigen op andere shows als daar zijn The Joker's Wild, Tic-Tac-Dough, Bullseye en The $100,000 Pyramid.
Hij overleed aan hartfalen, op 78-jarige leeftijd.